HÉT INDISCH MAANDBLAD
69e JAARGANG
• NR. 4 • OKTOBER 2024 • € 6,60
Museum
Bronbeek
De nieuwe vaste
tentoonstelling
Alfred Birney
’Ik ga het
nóg een keer
uitleggen’
De maand van de
GeschiedenisVeiling
19-20 november
Gevraagd:
Indische schilderijen
Chinees porselein
M.C. Escher
Juwelen
Overige kunst
Romualdo Locatelli
(1905-1943)
Java, 1939
2
Inbrengen mogelijk
tot 20 oktober
middelburg
amsterdam
tel. 0118 - 650 680
info@zeeuwsveilinghuis.nl
www.zeeuwsveilinghuis.nl- VO O R WO O R D -
Stoffig?
Oktober is de maand van de geschiedenis.
Voor ons ieder jaar weer een mooie aanleiding om te duiken in onze rijke historie.
En dat is een uitdaging, want het woord ‘geschiedenis’ heeft voor sommigen
ook een wat stoffig imago.
Gebeurtenissen van lang geleden, die we achter ons
hebben gelaten. Waar iemand die nu leeft niet altijd
meer direct bij betrokken is geweest.
Gebeurtenissen die zijn opgeschreven in ouderwetse taal en in dikke, zware boeken onder een laagje
grijs stof opgeslagen liggen. Zwart-witfoto’s in
oude albums, die langzaam vergelen als zwijgende
getuigen van een verdwenen tijd.
En als je dan aandacht aan de geschiedenis besteedt
en veel verhalen over en uit het verleden deelt,
zoals Moesson vaak heeft gedaan en doet, dan wordt
je soms verweten dat je te nostalgisch bezig bent.
Dat je teveel blijft hangen in een tijd die niet meer is.
Te veel tempo doeloe krijgen we dan te horen.
Maar door te lezen over de geschiedenis, leer je veel
over het heden. Over de oorsprong van dingen en
de historische context van hedendaagse gebeurtenissen. Het helpt ons de actualiteit begrijpen,
en elkaar. Bovendien ontdek je, als je even zoekt,
de prachtigste verhalen. Verhalen die soms nog
nooit verteld zijn.
Wij mogen er deze editie een paar delen en we kijken
hoe de geschiedenis doorwerkt in het nu.
Ik wens u veel leesplezier.
Foto: Ashley de Groot
I
k hoor de geschiedenis-liefhebbers, en daar ben
ik er een van, al denken: ‘Stoffig, stoffig?!
Hoezo stoffig?’ Maar ik ben toch bang dat het
zo is. En dat komt denk ik doordat het bij geschiedenis om het verleden gaat.
3Inhoud
REPORTAGE
10
Museum Bronbeek
Nieuwe vaste tentoonstelling
10
INTERVIEW
16
38
‘Ik kom niet uit die fucking kolonie’
Alfred Birney over zijn verzamelbundel
Zwerfpost
Grote liefde, grote rouw
Marion Bloem over haar grote liefde
Ivan Wolffers
42
Een Indorock-conferentie op Mallorca
46
Nee, dat is niet iets Indisch …
Een onderonsje met de oude garde
Het succes van Ricky Risolles
38
HISTORISCH
22
Gedeeld historisch erfgoed
26
De Eilandenrivier
36
In gesprek met Lambert Grijns
Op expeditie in Nieuw-Guinea
De verjaardag van de keizer
Lezer Ed Benetreu en het verhaal
van zijn moeder Sylvia
BOEKOE
32w
Blikvangers uit de Indische bibliotheek
Thom Hoffman over Indonesiërs spreken
uit 1947
MAKAN
56
4
Rendang
Voorpublicatie van het nieuwe boek
van Maureen Tan
4616
COLUMNS
15
Alide Wormser:
24
Frans Leidelmeijer:
31
41
53
55
Meerstemmige geschiedenis
Kruisbestuiving op Sumatra
Ting ting detektif: De nieuwe piramides
Jessica Anthonio: Plottwist
Amber Nefkens: History repeats itself
Patricia Jacob: Ajam setan
SERIE
35
Nieuw: Belanda tussen de Indo’s
Coos Versteeg over de slechte eigenschappen van alle twee de ouders
IEDERE MAAND
6
8
9
51
52
54
62
55
64
65
66
67
Nieuwtjes
Indopuzzel
Oleh Oleh
Nieuws uit de winkel
Shoppagina
Ingelijst: De familie van Adrie van Duijne
Anak Moesson: Met Liv, leuke weetjes
en een knutselwerkje
Gezien: Memories of a body
Beleven
Ting Ting
Colofon
Cover: Jessica Anthonio.
5- R EP O R TAG E -
Nieuwe vaste
tentoonstelling
Op 16 augustus is in Museum Bronbeek de nieuwe vaste tentoonstelling geopend.
Met de nieuwe expositie wil Bronbeek het verhaal vertellen van de opkomst en ondergang
van Nederland als koloniale mogendheid in Azië.
Conservator Mark Loderichs liep met Vivian Boon door de zalen.
Door Vivian Boon / foto’s collectie Museum Bronbeek
M
useum Bronbeek is gevestigd op
het gelijknamige landgoed in
Arnhem. Een wandeling over
het terrein naar het hoofdgebouw is op zich al een uitstapje
waard. Het landgoed is van oorsprong een
buitenplaats. In 1863 ging het Koloniaal
Militair Invalidenhuis Bronbeek open en dat
is uitgegroeid tot het Koninklijk Tehuis voor
Oud-Militairen en Museum Bronbeek.
Ondanks veranderingen heeft het landgoed
veel van zijn oorspronkelijke aanleg behouden - er staan ook nog wat historische
gebouwen. Door de vele monumenten is
het ook een belangrijke herdenkingsplaats.
Tijdens een bezoek aan het museum word
je regelmatig herinnerd aan de dubbelfunctie van het landgoed. Oude veteranen
schuifelen vriendelijk glimlachend voorbij,
10
een mevrouw in witte zorgkleding duwt
rekken met schoon wasgoed door de lange
gang en om even voor twaalf klinkt door
de luidsprekers: ‘Over enkele minuten
wordt de middagmaaltijd in de zaal geserveerd, eet u smakelijk.’
In de gangen die leiden naar de expositiezalen hangen statige portretten van oud-militairen. Ook daaraan zie je dat Bronbeek van
oorsprong een veteraneninstituut is.
In die tijd, aan het eind van de 19e eeuw,
werd kolonialisme verkocht als een beschavingsmissie en als je verzet tegenkwam,
dan mocht je dat ook met geweld verdedigen. Dat was in die tijd heel vanzelfsprekend en is het startpunt van het oude
Bronbeek.
De nieuwe expositie, die zes zalen beslaat,
laat zien dat Bronbeek van ver is gekomen.
Deze vertelt het verhaal van de opkomst
en ondergang van Nederland als koloniale
mogendheid in Azië: de verovering en het
bestuur, de samenleving, de oorlogen en de
strijd voor onafhankelijkheid.
Daarnaast zegt het museum te willen laten
zien hoe er in Indonesië en in Nederland
teruggekeken wordt op deze gedeelde
geschiedenis. Er is dus ook ruimte voor
het andere perspectief, iets wat vroeger in
Bronbeek ondenkbaar was.
Mark Loderichs is historicus en conservator
van Museum Bronbeek. Hij kwam pas bij
Bronbeek toen de nieuwe expositie al klaar
was, dus werkte zelf niet mee aan de invulling ervan. ‘De nieuwe tentoonstelling is
museaal vernieuwend. We werken nu met
video en er zitten interactieve elementen in.Dat was bij de vorige tentoonstelling niet
zo. De voorwerpen die tentoongesteld zijn,
zijn bijna allemaal van Bronbeek zelf’, vertelt
Mark ‘We hebben een gigantische collectie
en ook een groot ondergronds depot.
We zijn in 1863 begonnen dus we hebben
veel wapens. Het kostuum van de gouverneur-generaal dat in de eerste zaal hangt
is ook van ons. Daar zijn er voor zover wij
weten nog maar twee van, eentje bij een
adellijke familie in België en de ander staat
hier.’ Die eerste zaal van de tentoonstelling toont het bestuur van de voormalige
kolonie. Doordat verschillende vitrines met
voorwerpen achter elkaar zijn geplaatst
ontstaat een gelaagdheid die de koloniale
bestuursopbouw symboliseert.
Mark vertelt: ‘Nederlands-Indië was geen
vestigingskolonie zoals de Verenigde
Staten en Argentinië. Nederlands-Indië
was exploitatiekolonie, dus men was daar
aanwezig om producten en goederen vandaan te halen. Daarom zijn er nooit veel
mensen naartoe gestuurd, en waren er in
de samenleving relatief weinig Europeanen
aanwezig. De rol van het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (het KNIL) was daarom
belangrijk, want hoe oefen je anders macht
uit.’
De zes zalen zijn schaars verlicht, dat moet
wel om de voorwerpen te beschermen
tegen lichtschade. Zo kunnen kleuren van
kleding vervagen en ook papier verkleurt
onder te felle lampen. En de oude, originele
documenten - zoals de eerste pagina’s van
het akkoord van Linggadjati - mogen daar
niet aan blootgesteld worden.
Er is een indrukwekkende hoeveelheid
wapens tentoongesteld. Vele buitgemaakt
door het KNIL tijdens de geleverde strijd.
Veel vuurwapens, Chinese steekwapens,
een bamboe roentjing, een Japanse mitrailleur. Het heeft iets geks om deze wapens
in een vitrine uitgestald te zien staan, als
kunstobjecten, terwijl je weet dat ze een
gruwelijk verleden hebben. Mark begrijpt
het wel. ‘Zo’n collectie roept een sfeer op.
Je verzorgt het, je maakt het schoon, zet
het onder een lampje. En het is allemaal
oorlogsbuit. Maar met een verhaal.
In deze vitrinekast bijvoorbeeld,’ en hij wijst
naar een kast met veel Western-achtige geweren ‘hangt een Winchester, een geweer
dat is buitgemaakt tijdens een expeditie op
Lombok in 1894. Dat is een repeteergeweer,
en die had het KNIL toen nog helemaal niet.
Het KNIL vocht met geweren die je
na elk schot moest herladen. De sultan van
1116- I N T ERVI EW -
‘Ik kom niet uit
die fucking kolonie’
Zijn laatste boek Zwerfpost is een bundeling van 25 jaar eerder werk.
Daarin bespreekt Alfred Birney bekende Indische en vooral minder bekende
Indo-schrijvers uit de koloniale tijd, breekt hij een lans voor zijn eigen generatie
en spoort hij de derde generatie aan tot het schrijven van meer literatuur.
Door Ricci Scheldwacht / Fotografie: Jessica Anthonio
I
k ga het je nóg een keer uitleggen,’ zegt Alfred Birney
(73). ‘Wat valt er nou niet aan te begrijpen? Ik heb het
allemaal in mijn boek Zwerfpost opgeschreven.’
Het loopt al tegen middernacht wanneer we bij het
laatste onderwerp van het interview zijn beland:
de opkomst van een nieuwe generatie Indische schrijvers in de literatuur. Maar eerst wil hij nog een sigaret
roken op zijn dakterras.
Eerder op de avond heeft hij al uitgelegd wat volgens
hem het verschil is tussen Indisch en Indo, tussen een
Indo en een Indo-Europeaan en nam hij de positie van
de Indische schrijver en die van hemzelf onder de loep.
In zijn laatste boek Zwerfpost doet hij hetzelfde in een
kleine zeshonderd pagina’s. Het boek is een persoonlijke selectie van wat hij gedurende 25 jaar schreef over
koloniale en postkoloniale romans, geschiedenisboeken en andere teksten: ‘artikelen, blogposts, columns,
essays, kritieken, lezingen, studies, schetsen, schotschriften, reisverslagen en portretten van onbekende
schrijvers met afwijkende geluiden over Oost versus
West. De kern vormt het tussenperspectief van de Indo,
tussen Oost en West in, het toonbeeld van de onbegrepen en ongeziene figuur,’ aldus de flaptekst op
de achterkant van het boek.
Door de wol geverfde lezers zeggen weleens dat je
nooit flapteksten moet lezen, omdat die worden geschreven door de marketingafdeling van de uitgeverij,
als een soort reclameteksten die de koper net dat laatste zetje naar de kassa moeten geven.
Zelf twijfelde hij ook toen de plannen voor dit laatste
boek opborrelden. Wie gaat dit kopen? En vooral wie
gaat dit allemaal lezen? Maar er is goed nieuws, want
de eerste druk is bijna uitverkocht en er komt een
tweede druk, liet de uitgeverij hem al weten.
Blijkbaar zijn er toch mensen geïnteresseerd in dat tussenperspectief van de Indo, het toonbeeld van de onbegrepen en ongeziene figuur tussen Oost en West in.
Wie Zwerfpost heeft uitgelezen kan vaststellen dat
dit niet alleen een verwijzing is naar de onbekende
schrijvers die hij in het boek bespreekt, maar ook naar
hemzelf, al kun je dat laatste van hem eigenlijk niet meer
zeggen sinds hij in 2017 de Libris Literatuurprijs won
17- H I STO R I S C H -
De Eilandenrivier
Een expeditie ontdekt een geologisch fenomeen in Nieuw-Guinea
Zijn eerste taak als jong geoloog was direct een maandenlange verkenning
tot in het Centrale Bergland bij het brongebied van de Eilandenrivier in zuidelijk
Nieuw-Guinea. De beperkte middelen van het kleine ’Kantoor voor het Mijnwezen’,
de veranderingen in het landsbestuur en het totale vertrek uit
Nieuw Guinea in 1962 verhinderden de uitwerking en bekendmaking
van de verzamelde gegevens. Pas na pensionering
kreeg Jan Verhofstad (nu 93) de gelegenheid het verhaal van de expeditie
samen te stellen op basis van zijn oude dagboeken en het gerestaureerde
fotomateriaal. Dit is een deel van dat verhaal.
Door Jan Verhofstad / foto’s archief Jan Verhofstad
Pulau Biak
Manokwari
WEST PAPUA
Pulau Japen
Jayapura
GEELVINK
BAAI
CENTRAAL PAPUA
PAPUA NIEUW GUINEA
SALOMONS EILANDEN
Port Moresby
26